Sniffari, je hoort het steeds vaker. Maar wat is het nu?
Bij een sniffari laat je een hond zelf keuzes maken. Dus jij bepaalt de route niet, je hond bepaalt de route. En als je hond even wil snuffelen, laat je hem snuffelen. Zonder beperkingen, zonder in te grijpen. Nou ja, bijna dan. Natuurlijk ga je niet je hond uitgebreid op straat laten snuffelen of laat je je hond tegen de heg van iemands tuin aan plassen of ongewenst contact laten maken bij andere honden. Maar je laat het wel zo veel mogelijk toe. Dit lukt natuurlijk makkelijker in natuurgebieden, maar dat kan ook in de bewoonde wereld. Want er is zoveel te ontdekken in de wereld wij wonen. Er gebeurt natuurlijk ook erg veel en iedereen en alles laat een geur achter. Voor een hond ideaal om zijn neus goed te gebruiken.
Naast dat snuffelen een hond veel informatie geeft over de omgeving, lijkt het snuffelen er ook voor te zorgen dat oxytocine, endorfine en dopamine aangemaakt wordt. Oxytocine wordt ook wel het knuffel hormoon genoemd. Het zorgt voor verbinding me andere levende dieren. Endorfine zorgt samen met dopamine er voor dat een hond zich blij voelt. Daarnaast kan het ook nog pijnstillend werken. En als laatste Dopamine, dopamine wordt aangemaakt als een soort beloning van jezelf. Je wordt er blij van en geeft je een goed gevoel dat iets goed is.
Dit klinkt natuurlijk dat je een hond altijd dit wil geven, maar dat is utopie. Wel is het dus goed om naast je normale wandelingen voldoende snuffari’s aan je hond te geven. Je laat je hond dus zelf bepalen waar ze naar toe gaan en hoe lang ze blijven snuffelen aan een graspol. En mocht je hond ouder worden, kan dit misschien wel de overhand krijgen. Wij laten Donut in ieder geval nu elke wandeling zelf bepalen waar hij naar toe wil en hoe lang hij stil blijft staan. De enige beperking die we hem opleggen is de afstand om er voor te waken dat hij niet te ver gaat wat zijn lichaam aan kan. Verder zoekt hij het maar helemaal zelf uit 😁.